Als men een oud pand gaat renoveren of verbouwen kom je vaak veel dingen tegen die je niet wílt tegen komen. Toch soms kom je ook hele leuke of bijzondere verassingen tegen. In een pand in Leiden heb ik vrijwel alles kleurhistorisch onderzocht. Vele kleurentrapjes zijn verschenen en vanaf het bouwjaar 1885 zijn alle lagen nog aanwezig. De kozijnen en deuren in de gangen, souterrain en (oorspronkelijke) keuken zijn “gehout”. Zelfs de deurtjes van de keukenkastjes waren aan de binnenzijde voorzien van een eiken houtstructuur. Deze techniek werd net als marmer, veelvuldig gebruikt door chiquere materialen aan te geven dan de oorspronkelijke.
Als decoratie werden dergelijke technieken ook voor vloeren toegepast. Waar ik geen rekening mee heb gehouden waren de vloeren. Deze waren immers ook bedekt met vloerbedekking als tegels en parket.
Na verwijdering van de keuken (tegel) vloer op de bel-etage (oorspronkelijk een bijkamertje van circa 2 x 3 meter) zijn de houten vloerdelen weer in het zicht gekomen. Deze zijn direct genageld op de houten balklaag. In eerste instantie lijkt de vloeren gewoon vuil door de verbouwing. Zeker door latere verfresten, lijm en cement, incombinatie met bouwstof. Maar als je goed kijkt en een stuk schoon maakt komt er een bijzondere vorm van vloerafwerking te voorschijn. Een zogenaamde kindervoetjes-vloer of blote voeten marmer. Dit komt ook letterlijk van blote voeten, veelal van kinderen, die gedoopt worden in een donkere laag verf om vervolgens over een lichte gebeitse kleur vloer te lopen. Een voorbeeld ziet u hiernaast uit een woonhuis (1885) te Leiden. Ondertussen kijk ik nog een keer naar het witte vel dat ik ooit op vaderdag gekregen heb met een voetafdruk van mijn zoon, (uiteraard gedoopt in waterverf 😉 )
Ontdekking tijdens de restauratie mede door atelier jelle verheijen
Geef een reactie